Dag 29 - Terug naar Pai + de botsing

28 januari 2020 - Pai, Thailand

Om 08.00 uur sta ik op, wat eerder dan normaal, want ik heb een vroegere bus gekozen, namelijk de bus van 10.30. Ik pak mijn rugzakken in en ga ontbijten, daar waar ik gisteren ook ontbeet, in het restaurantje achter mijn hotel.

Na het ontbijt check ik uit, uit mijn hotel en ga ik op zoek naar een Songthaew. Zoals elke keer proberen ze mij een pootje uit te draaien, maar inmiddels weet ik hoeveel een rit naar het busstation mag kosten, maximaal 50 baht. Nadat ik daardoor twee taxi’s heb afgewezen, heb ik bij de derde taxi beet. Een wat oudere taxi-oma wil mij voor 50 baht naar het busstation brengen. Althans, dat hoopte ik. De afstand was ongeveer 5 km volgens Google Maps, maar al rijdende werd het steeds verder. Op een gegeven moment bijna het dubbele. Ik had drie kwartier uitgetrokken voor mijn 5 km en begon hem wel een beetje te knijpen, zo langzamerhand. Zoveel reservetijd had ik op een gegeven moment ook niet meer. Het bleek dat de twee andere passagiers die meereden naar het ziekenhuis moesten een stuk verderop. De chauffeuse gebaarde geruststellend dat het wel goed zou komen en als een wildevrouw reed ze me daarna schokkend schakelend als naar het busstation. Bijna nog misselijker dan na een 750-bochtenweg kwam ik net op tijd aan bij het busstation.

Mijn zitplaats was deze keer helemaal rechts achterin. Erg benauwend met een (wel erg aardig) Engels echtpaar redelijk stijf tegen mij aan gepropt. Gelukkig zag ik dat er nog een lege stoel was bij de schuifdeur met een ellenlange plek voor mijn benen, dus toen de chauffeur na 10 km ging tanken, ben ik snel nog voren gekropen en ben ik daar gaan zitten. Normaliter willen ze dat liever niet, want dan klopt hun blaadje met de zitplaatsindeling niet meer, maar ik heb maar net gedaan alsof mijn neus bloedde.

De rit naar Pai verliep zonder noemenswaardige problemen, alleen  vlak voordat we de stad inreden, reed de chauffeur een motorscooter aan. Vol op de voorkant van de minivan. Ik zag het gebeuren. De chauffeur reed aan de verkeerde kant van de weg (gelukkig niet al te hard) en de jongen kwam van links en zou dus voorrang moeten hebben (dit is een Thaise verkeersregel). De jongen heeft wel erg veel geluk gehad, want hij kwam niet onder de wielen, maar werd teruggeworpen op straat. Hij had gelukkig slechts een paar schrammen, echt een wondertje, en was wat verdwaasd. Gelukkig droeg hij wel een helm. Schrikken dus voor ons allemaal, want het was een flinke bons in en op de bus. Wij mochten de bus niet uit tot de politie er was. Uiteindelijk heeft de chauffeur de minivan naar het politiebureau gereden en daarna mochten wij er pas uit.

Het hotel dat ik heb gekozen, lijkt zo uit een sprookje uit 1001 nachten te komen. Het wordt gedreven door een hevig gesluierde, heel jonge moslima en ziet er prima uit. Er is alleen 1 probleem: het is er stervenskoud. Ik heb mijn raam opengezet om de warmte binnen te laten, de omgekeerde wereld, maar vooralsnog werkt het niet echt. De kamer ligt aan de schaduwkant. Brrr.... Als ik de enige kast op de kamer opentrek, vind ik daar een dik dekbed. Ik ben vast niet de enige die het hier koud vond.

Nadat ik wat gegeten heb en mijn mobieltje wat heb opgeladen, ga ik snel de warme zon in. Nog lekker even genieten voordat de zon weg is .

Het leuke van mijn hotel is, is dat het aan de wandelstraat ligt, midden in het centrum, daar waar alle eettentjes zijn en ook het restaurant waar ik al twee keer eerder heb gegeten en waar ik ook vanavond zal gaan eten.

Doordat je eerst door een langgerekte winkel moet lopen om bij je kamer te komen, ligt het hotel toch wat achteraf. Goed voor de rust vanavond.  

Ik strijk neer op een terras vlak bij de rivier waar ik heerlijk, zittend in het zonnetje, geniet van een kop groene thee. Wat mij ook opvalt in dit land, is dat je nooit suiker bij je thee of koffie geserveerd krijgt. Je moet er elke keer expliciet om vragen. Niet slecht eigenlijk;  het maakt je bewuster van je suiker(mis)gebruik. 

Rond 17.30 uur ga ik naar ‘mijn’ restaurant waar ik al eerder at en neem twee totaal andere Thaise gerechten die ik nog niet eerder heb gegeten. Een currysoup met gefrituurde noodles, ongelooflijk lekker, gevolgd door gebakken noodles met ei. Ook heel lekker, maar niet zo lekker als de soep. Daarna wandel ik nog een poos over de markt en ga daarna weer terug naar mijn ijsgrot.

Daar aangekomen word ik begroet door een grote groep langbaardige, Pakistaanse gelovigen die nog weer wat verderop in het hotel een gebedsdienst gaan bijwonen. Zeer vriendelijke mensen; ze zijn zeer geïnteresseerd in waar ik vandaan kom. Nederland is hen wel bekend. 

Als ik in mijn kamer ben, voelt deze gelukkig niet zo koud aan, omdat  de buitentemperatuur rap is gedaald. Het is buiten nog maar 21 graden, koud voor mij inmiddels, zo ben ik al ge- of verwend? 

Sinds lange tijd kijk ik weer eens een deel van een Netflix-serie en lees daarna tot het bedtijd is. Tot morgen maar weer 😃👋!  

Foto’s

2 Reacties

  1. Anja:
    28 januari 2020
    ... wat een avonturen weer ...

    21 graden als koud

    hier is het donker, wilde wind en harde regen
  2. Dick:
    28 januari 2020
    Ik wil het niet weten Anja 😉😅. Ik word wel erg verwend hier...